Nieuwsbrief februari 2023

In dit nummer onder andere:

De ondernemer en de dga

Bv met alleen dga’s mag LH-aangifte vóór tijdvak doen
Bv’s met een of meer dga’s mogen onder voorwaarden aangifte loonheffingen doen voor aangiftetijdvakken die nog niet zijn begonnen. Deze voorwaarden zijn gepubliceerd in een handreiking van de Belastingdienst. In het desbetreffende bedrijf mogen alleen dga’s werken, eventueel met meewerkende echtgenoten en kinderen. Er mag geen ander personeel zijn. Bovendien mogen de dga’s en meewerkende echtgenoten en kinderen niet zijn verzekerd voor de werknemersverzekeringen. Doet de bv aangifte over tijdvakken die nog niet zijn begonnen, dan kan zij de loonheffingen nog niet meteen betalen. Maar zij kan de bijbehorende betalingen wel van tevoren bij haar bank klaarzetten. Betalen is mogelijk vanaf de dag van het aangiftetijdvak. Een uitzondering geldt voor het eerste aangiftetijdvak van het jaar, dan is betalen pas mogelijk vanaf 1 februari. De Belastingdienst kan geen betalingen verwerken die eerder zijn gedaan.

Let op!
Als de bv een fout heeft gemaakt in de aangifte over een nog te beginnen tijdvak, moet zij de volledige aangifte opnieuw verzenden, maar dan met de juiste gegevens. Bovendien moet de bv een nieuwe aanmaakdatum in de aangifte vermelden.

Publicatie Milieulijst 2023 en Energielijst 2023
Zowel de Milieulijst 2023 als de Energielijst 2023 is gepubliceerd. Met ingang van 2023 is het budget voor de milieu-investeringsaftrek (MIA) structureel verhoogd met € 48 miljoen per jaar. Deze budgetintensivering is aanvullend op het verhoogde budget voor de MIA/willekeurige afschrijving (Vamil) met jaarlijks € 30 miljoen voor de periode 2022-2024 en de structurele verhoging van het budget voor de MIA/Vamil met € 30 miljoen per 2025. Het kabinet heeft besloten om het beschikbare budget voor de energie-investeringsaftrek (EIA) voor 2023 met € 100 miljoen te verhogen. De budgetten die in 2023 beschikbaar zijn voor de MIA, EIA en Vamil bedragen € 192 miljoen, respectievelijk € 249 miljoen en € 25 miljoen.

Winstaandeel voor 15-jarig kind mag niet zo hoog zijn
Ondernemers voor de inkomstenbelasting kunnen hun kinderen in de onderneming laten meewerken. In principe kan een kind dat in de hoedanigheid van mede-ondernemer doen. In dat geval heeft het recht op een aandeel van de winst. Maar dat winstaandeel moet wel zakelijk zijn. Rechtbank Gelderland oordeelt bijvoorbeeld dat een winstaandeel van € 12.000 niet zakelijk is als het kind vijftien jaar oud en leerplichtig is. Het is dan niet aannemelijk dat dit kind zestig uur per week werkt in de onderneming van zijn ouders.

Let op!
In tegenstelling tot veel inkomsten wordt de winst uit onderneming van een kind niet toegerekend aan zijn ouders, maar aan het kind zelf.

Vennootschapsbelasting

Betaling onder opschortende voorwaarde? Geen passiefpost
Een recente zaak voor rechtbank Noord-Holland ziet op een nv en twee vennootschappen die zijn opgericht naar het recht van Delaware. Deze lichamen sluiten op 16 september 2015 een overeenkomst. Op grond van deze overeenkomst zal de ene vennootschap via een juridische fusie opgaan in de andere vennootschap. Vervolgens zal de nv (indirect) de aandelen in de overgebleven vennootschap verkrijgen. Als de fusie doorgaat, betaalt de nv de oude aandeelhouders van de overgebleven vennootschap een bedrag in contanten. Tussen 16 september 2015 en 21 juni 2016 gaan de opschortende voorwaarden van de overeenkomst in vervulling. De nv betaalt op 17 en 20 juni 2016. Zij wil in de periode van 16 september 2015 tot en met 21 juni 2016 een passiefpost vormen voor de betalingsverplichting. Maar zowel de Belastingdienst als de rechtbank meent dat de totstandkoming van de betalingsverplichting van de nv afhankelijk is van dezelfde voorwaarden als de fusie zelf. Daarom is het op de balansdatum niet toegestaan om de betalingsverplichting als schuld op te voeren.

Let op!
Volgens de rechtbank kan de nv evenmin een voorziening in 2015 vormen. Een voorwaarde voor het vormen van een voorziening is dat men de kosten op correcte wijze toerekent. De betaling is echter fiscaal gezien niet aan te merken als een kostenpost, maar als een kapitaalstorting.

BTW

Hoge Raad licht samenloop marge- en veilingregeling toe
Stel dat een veilinghouder via zijn veiling goederen verkoopt die afkomstig zijn van particulieren. De veilinghouder vraagt daarvoor een commissie van de verkoper, terwijl de koper opgeld betaalt. Volgens de fiscus en de Hoge Raad moet de veilinghouder over deze commissie btw afdragen. De Hoge Raad bepaalt dat men de aankoopprijs voor de margeregeling moet verminderen met de in rekening gebrachte commissie door de veilinghouder.
Voor de opbrengst moet de hamerprijs worden vermeerderd met het door de koper betaalde opgeld.

Geen btw over verkapte dividenduitkering
Neemt een dga een auto van zijn bv over voor een te lage waarde? Dan is sprake van een verkapte winstuitdeling. Maar volgens rechtbank Zeeland-West-Brabant behoort die verkapte winstuitdeling niet tot de maatstaf van heffing voor de omzetbelasting. De rechtbank oordeelt dat sprake is van een levering onder bezwarende titel. Er bestaat immers een rechtstreeks verband tussen de levering van de auto en de ontvangen tegenprestatie. De dga betaalt de vergoeding uitsluitend voor levering van de auto. De besparing van omzetbelasting door de lage vergoeding is onvoldoende om te concluderen tot misbruik van recht. In de Nederlandse wetgeving ontbreekt namelijk een bepaling die de vergoeding in gelieerde verhoudingen corrigeert naar de normale waarde.

Tip!
De verkapte dividenduitkering behoort evenmin tot de vergoeding voor de omzetbelasting. Uit rechtspraak van Hof van Justitie van de EU volgt namelijk dat bij dividend geen rechtstreeks verband bestaat tussen de prestatie en het dividend dat nodig is om dividend als tegenprestatie aan te merken.

Lage btw-tarief voor parkeren bij meerdaags evenement
De terbeschikkingstelling van parkeerplaatsen vormt voor de omzetbelasting een zelfstandige prestatie. Is sprake van een meerdaags evenement? Dan kan het bieden van parkeerplaatsen onder voorwaarden onder het lage tarief vallen. Dat is het geval als de aanbieder van de parkeerplaatsen een beroep kan doen op een goedkeurende regeling. Daarbij gaat het om de regeling voor exploitanten van kamp-, hotel-, pension- en vakantiebestedingsbedrijven. Deze exploitanten mogen het verlaagde tarief toepassen op het geven van gelegenheid tot het plaatsen van een auto aan kampeerders en personen die voor een korte periode verblijf houden.

Tip!
De exploitant van het evenement is in beginsel vergelijkbaar met de exploitanten die de goedkeuring mogen benutten als hij concurreert met andere aanbieders van kampeergelegenheid. Ook helpt het als het runnen van de campings een wezenlijk en onmisbaar deel is van het organiseren van het evenement.

Familievermogensrecht

Onder drang toegekend legaat is gewoon belast
Het komt in de praktijk voor dat iemand om niet of tegen een zeer lage vergoeding buiten dienstbetrekking verschillende werkzaamheden voor een ander verricht. De ander kan dan de drang voelen om de verrichter van de werkzaamheden toch te belonen voor zijn werk. Bijvoorbeeld door in het testament een legaat toe te kennen. In deze situatie ontstaat het vorderingsrecht van de legataris pas met het overlijden, zo oordeelt hof Den Haag. Daarom kan geen sprake zijn van een schenking, laat staan een vrijgestelde schenking onder de levenden. In plaats daarvan is het legaat een erfrechtelijke verkrijging waarover de legataris in princiep erfbelasting is verschuldigd.

Tip!
Hebben de werkzaamheden wel plaatsgevonden in het kader van een dienstbetrekking? En is het toekennen van het legaat te zien als het nakomen van een natuurlijke verbintenis? Dan is de verkrijging van het legaat wel vrijgesteld van erfbelasting.

Loonheffingen en sociale verzekeringen

Werknemer ontvangt vertrekvergoeding in jaar van betaling
Sommige werknemers ontvangen aan het einde van hun dienstbetrekking een zogeheten vertrekvergoeding. In een zaak voor rechtbank Gelderland heeft de ex-werkgever de vergoeding uitbetaald in januari 2020. Maar de uitbetaling van de vergoeding is bij de werkgever verwerkt in de loonaangifte van het tijdvak december 2019. De inspecteur stelt dat de vertrekvergoeding bij de werknemer is belast in 2019. De rechtbank wijst dit standpunt af. Het fiscale genietingsmoment van de vertrekvergoeding is het moment waarop de werknemer deze heeft ontvangen. Een inkomst is namelijk vorderbaar als een recht op directe betaling bestaat. Daarbij moet het bedrag zijn op te vorderen en het moet inbaar zijn als de schuldeiser daarom verzoekt. De civiele rechtsverhouding tussen de werknemer en zijn ex-werkgever bepaalt het fiscale genietingsmoment. De manier waarop de ex-werkgever de vertrekvergoeding heeft verwerkt in zijn loonadministratie is wel van belang voor de fiscale rechtsverhouding tussen de oud-werkgever en de Belastingdienst.

Let op!
Overtreft de vertrekvergoeding het zogeheten toetsloon dat meer dan € 612.000 (bedrag 2023) bedraagt? Dan is de werkgever ook nog eens pseudo-eindheffing verschuldigd.

Vraag tijdig partiële buitenlandse belastingplicht aan
Een ingekomen werknemer die gebruikmaakt van de 30%-regeling moet tijdig verzoeken om partiële buitenlandse belastingplicht voor box 3. De keuze voor toepassing van de partiële belastingplicht kan een werknemer uiterlijk tot zes weken na het onherroepelijk worden van de aanslag maken. Omdat de keuze voor partiële buitenlandse belastingplicht een recht is, mag men een bepaalde actieve houding verwachten van de werknemer die dit recht uitoefent. De Belastingdienst is niet verplicht de partiële buitenlandse belastingplicht automatisch toe te passen.

Let op!
Het maken of herzien van een keuze is niet hetzelfde als het maken van een foutje dat later nog is te herstellen.

Auto

Subsidie Elektrische Personenauto Particulieren weer open
Onder voorwaarden is het mogelijk voor de aanschaf of private lease van een nieuwe elektrische auto € 2.950 subsidie aan te vragen. Voor een gebruikte auto is de subsidie € 2.000. Op de Autolijst Subsidie Elektrische Personenauto Particulieren (SEPP) staan merken en modellen van elektrische personenauto’s die mogelijk in aanmerking komen voor de subsidie. RVO controleert onder andere de geregistreerde catalogusprijs van de auto via het kentekenregister van de RDW. Om in aanmerking te komen voor de subsidie moet de particulier een geldig woonadres in Nederland hebben. In de looptijd van de SEPP kan men één keer subsidie krijgen als aan de voorwaarden wordt voldaan.

Tip!
Daarnaast moeten de auto en de koopovereenkomst voldoen aan bepaalde voorwaarden. Zo moet de oorspronkelijke nieuwprijs (catalogusprijs) van de elektrische personenauto op de datum van eerste toelating minimaal € 12.000 en maximaal € 45.000 bedragen.

Schending verdedigingsbeginsel kost fiscus BPM-aanslag
In een zaak voor de Hoge Raad heeft een bv op aangifte BPM voldaan ter zake van de registratie van een gebruikte, vanuit Duitsland, overgebrachte personenauto. Voor de berekening van de verschuldigde BPM heeft zij een afschrijving van 54,09% gehanteerd. Maar de inspecteur gaat uiteindelijk op basis van op eigen initiatief ingewonnen inlichtingen uit van een afschrijving van 30,58%. Daarom legt hij de bv een naheffingsaanslag op. De bv bestrijdt deze aanslag en doet daarbij een beroep op het Unierechtelijke verdedigingsbeginsel. In dit geval heeft de inspecteur bij uitspraak op bezwaar de naheffingsaanslag verminderd. Dat betekent dat de aanslag te hoog was vastgesteld en dus in strijd is met het Unierecht. Doordat de bv voorafgaand aan het opleggen van de naheffingsaanslag niet is gehoord, is het verdedigingsbeginsel geschonden. De Hoge Raad vernietigt daarom de naheffingsaanslag.

Let op!
Hoewel de BPM-heffing niet plaatsvindt om een Unierechtelijke verplichting uit te voeren, kan het Unierecht toch van toepassing zijn. Namelijk als de Wet BPM heeft geleid tot een bezwarend besluit waarmee de grens is overschreden die de non-discriminatiebepaling aan de nationale bevoegdheid stelt.

Nieuw besluit over gebruik camera’s voor MRB-heffing
De minister van Financiën heeft een besluit gepubliceerd over het inzetten van camera’s bij het innen van de motorrijtuigenbelasting (MRB). De inspecteur maakt op grond van een wettelijke bepaling gebruik van technische hulpmiddelen. De fiscus maakt in 2023 gebruik van 446 camera’s. Voor het exacte aantal en de locaties van de camera’s verwijst de minister naar een lijst die integraal onderdeel uitmaakt van het cameraplan.

Toekomstvoorzieningen

Tweede Kamer neemt Wet toekomst pensioenen aan
De Tweede Kamer heeft de Wet toekomst pensioenen op 22 december 2022 aangenomen. Dit wetsvoorstel beoogt dat jongere werknemers, ook die met flexibel werk, sneller en eerder een pensioenbedrag opbouwen. Ook moeten zij eerder kunnen meeprofiteren van gunstige beleggingsresultaten. Daardoor wordt hun pensioenpotje mogelijk groter. In de nieuwe wet zijn de regels soepeler en zijn pensioenen eerder te verhogen als de beleggingsresultaten goed zijn. Wel lopen de pensioendeelnemers meer risico door beleggingen. De wet regelt dat pensioenfondsen moeten zorgen voor een voor alle deelnemers zo eerlijk mogelijke overgang. Dat geldt vooral voor mensen in de leeftijd van 40 tot 50. Het hangt van de individuele pensioenfondsen af hoe zij de bestaande pot geld verdelen en hoeveel beleggingsrisico zij in de toekomst nemen.

Dga die niet achter zijn pensioen aangaat, geeft het nog niet prijs
Stel dat een dga een pensioen in eigen beheer (PEB) heeft. Vervolgens bereikt hij de leeftijd waarop hij recht heeft op de uitkeringen. Op dat moment keert de bv echter nog niet uit. Volgens de Belastingdienst is sprake van het prijsgeven van het PEB als de dga geen actie onderneemt om zijn pensioenuitkering te vorderen. Maar hof Den Bosch vindt dat het enkele stilzitten van de dga daarvoor onvoldoende is. De uitkeringen hoeven namelijk niet daadwerkelijk te hebben plaatsgevonden. Zij kunnen immers ook schuldig zijn gebleven. In de desbetreffende zaak voor het hof waren de uitkeringen door een conservatoir beslag achterwege gebleven. De dga heeft wel de bedoeling gehad om het pensioen in te laten gaan.

Let op!
Sinds 1 juli 2017 is het niet meer mogelijk om een pensioen in eigen beheer verder op te bouwen. Het aanhouden van zo’n pensioen is in beginsel wel mogelijk.

Eigen woning

Goedkeuring bij verkrijging economische eigendom woning
Soms wil de koper van een eigen woning al snel beginnen met de verbouwing. Onder andere in dat geval kan hij proberen te regelen dat hij de beschikking over de woning verkrijgt terwijl de levering bij de notaris nog niet heeft plaatsgevonden. In die situatie moet de koper overdrachtsbelasting betalen vanwege de verkrijging van de economische eigendom van de woning. De koper is dan het normale tarief verschuldigd in plaats van dat hij de startersvrijstelling of het verlaagde tarief mag toepassen. De Belastingdienst onderkent dit probleem. De wetgever wil daarom begin 2023 een goedkeurend beleidsbesluit publiceren. Op grond van dit besluit kan de inspecteur met toepassing van de hardheidsclausule toch toestaan het gebruik van het verlaagde tarief of de startersvrijstelling toe te staan.

Tip!
De Belastingdienst laat weten dat kopers van woningen, die zich bevinden in de situatie zoals eerder omschreven, nu al het ministerie van Financiën kunnen verzoeken om toch het verlaagde tarief of de startersvrijstelling toe te passen. Dat geldt ook voor de gevallen die al hebben plaatsgevonden.

Boeterente die dga betaalt, is vooruitbetaalde rente
Een dga kan in beginsel de aankoop van zijn eigen woning financieren door bij zijn eigen bv een lening aan te gaan. Daarbij kunnen de partijen overeenkomen dat de dga boeterente is verschuldigd als hij voortijdig aflost. Daarbij is wel van belang te weten dat de Belastingdienst het standpunt kan innemen dat de dga dit doet om de aftrekbare eigenwoningrente naar voren te halen. In dat geval kan sprake zijn van vooruitbetaalde rente, die niet aftrekbaar is in het jaar van betaling. Deze situatie heeft zich voorgedaan in een zaak voor hof Den Haag.

Let op!
De vooruitbetaalde rente is wel getemporiseerd aftrekbaar in jaren die volgen op het jaar van betaling.

Eerdere schenking ontbonden, nieuw beroep op jubelton
De staatssecretaris van Financiën heeft een geactualiseerd besluit gepubliceerd over het beleid met de vrijstellingen van de schenk- en erfbelasting. Het gaat hier onder andere om aanpassingen in verband met de gefaseerde afschaffing van de verhoogde vrijstelling bij schenking ten behoeve van de eigen woning (de jubelton). Zo verklaart het besluit dat na een ontbinding van een eerdere schenking ten behoeve van de eigen woning een hernieuwd beroep op een eenmalige verhoogde vrijstelling mogelijk is. Ook komt de belastingheffing bij een omzetting, fusie of taakafsplitsing aan bod. Het besluit bevat ook een goedkeuring die de mogelijkheid opent om schenkbelasting terug te krijgen in de situatie dat een schuldigerkenning vervalt bij overlijden.

Administratieve verplichtingen

Fiscale verzamelwet 2023 aangenomen
De Eerste Kamer heeft op 20 december 2022 het wetsvoorstel Fiscale verzamelwet 2023 aangenomen. Dit wetsvoorstel bevat naast redactionele en technische wijzigingen een aantal maatregelen die per 1 januari 2023 in werking zijn getreden. Daarbij valt te denken aan de codificatie van enkele wijzigingen met betrekking tot lijfrenten en loonstamrechten. Maar er zijn ook wijzigingen op formeel vlak. Zoals de rentestop bij een naheffingsaanslag, meer maatwerk bij de berekening van belastingrente en een verlenging en uniformering van bepaalde termijnen voor vereenvoudigd derdenbeslag. Een andere maatregel is dat voor wat betreft de bezwaar- en beroepsprocedure tegen daarvoor vatbare beschikkingen op belastingaanslag behoren tot de belastingaanslag zelf.

Nieuw formulier ‘Corona betaalregeling’
Met het formulier ‘Corona betaalregeling’ kunnen ondernemers de Belastingdienst online vragen de betalingsregeling (tijdelijk) aan te passen. Het is mogelijk om een betaling per kwartaal in plaats van per maand aan te vragen. Maar het is ook mogelijk een betaalpauze van maximaal zes aaneengesloten maanden of twee aaneengesloten kwartalen in te lassen. Als een ondernemer een betalingsregeling heeft voor minimaal € 10.000, kan hij verzoeken deze regeling naar maximaal zeven jaar te verlengen. Voor het aanpassen van de betalingsregeling gelden voorwaarden. De aanpassingen hebben gevolgen voor het termijnbedrag, het bedrag aan invorderingsrente en de looptijd van de betalingsregeling. De Belastingdienst handelt het verzoek in principe af binnen acht weken nadat het verzoek is ontvangen.

Tip!
De Belastingdienst raadt ondernemers die een verzoek hebben ingediend om de betalingsregeling aan te passen, maar nog geen bericht van de fiscus hebben ontvangen, aan wel alvast te betalen volgens het verzoek. Maar let op, als het verzoek wordt afgewezen, moet de ondernemer de inmiddels opgelopen achterstand direct inlopen.